Deze site maakt gebruik van cookies, zodat wij je de best mogelijke gebruikerservaring kunnen bieden. Cookie-informatie wordt opgeslagen in je browser en voert functies uit zoals het herkennen wanneer je terugkeert naar onze site en helpt ons team om te begrijpen welke delen van de site je het meest interessant en nuttig vindt.
De opleiding
De reguliere arts VG-opleiding bestaat uit een traject van drie jaar (36 maanden) in fulltime dienstverband. Per week werk je als aios vier dagen in de zorgpraktijk en volg je één dag cursorisch onderwijs. Dit cursorisch onderwijs wordt afwisselend online en fysiek gegeven. De opleiding start een keer per jaar, in maart. Naast Rotterdam (Erasmus MC) start er vanaf maart 2024 ook een onderwijsgroep in Zwolle (bij voldoende aanmeldingen).
Deeltijd
Veel aios volgen de opleiding in deeltijd. Voor het leerproces is het wenselijk om minimaal drie dagen in de praktijk te werken. Tijdens de periode met externe stages kan deeltijd niet altijd gegarandeerd worden.
Maatwerk
Ben je een ervaren arts of heb je zelfs al een specialisatie gedaan? Dan zijn er veel mogelijkheden om de opleiding aan te passen aan jouw specifieke leerbehoeften. Je kunt het opleidingstraject vaak verkort of versneld doen, vrijstelling voor bepaalde onderdelen krijgen of juist een extra verdiepende stage doen op een gebied dat jouw speciale belangstelling heeft. Het initiatief ligt daarvoor vooral bij jezelf: jij komt met een voorstel en samen kijken we of en hoe we dat het beste in jouw opleidingstraject kunnen inpassen.
Onderwijsvormen
De opleiding maakt gebruik van verschillende onderwijskundige methodes, zoals groepsonderwijs, interactief onderwijs door eigen of gastdocenten, supervisie, intervisie en literatuurstudie. Praktijk en theorie zijn geïntegreerd en als student train je sociale en communicatieve vaardigheden. Binnen de opleiding besteden we speciale aandacht aan de wetenschappelijke competenties van de arts VG, omdat die in dit nog jonge vakgebied van groot belang zijn.
Tijdens de opleiding volg je enkele meerdaagse cursussen, onder andere op het gebied van wetenschappelijke vaardigheden en spoedzorg, en natuurlijk de introductietweedaagse.
Meer informatie over de inhoud van de opleiding is te vinden in het landelijke Opleidingsplan Didact 2.0 . Hierin staan ook de elf kenmerkende beroepssituaties en vier thema’s aan de hand waarvan de opleiding is ingericht.
Het curriculum
Eerste jaar
Tijdens het eerste jaar van de opleiding werk je als aios in een zorgorganisatie voor mensen met een verstandelijke beperking. Onder supervisie van een ervaren en getrainde arts VG-opleider leer je om in toenemende mate zelfstandig adequate medische zorg te verlenen aan cliënten van de instelling. Drie tot vier keer per maand is er een onderwijsdag. De nadruk ligt hierbij op de intramurale, vaak ernstiger gehandicapte populatie. De somatische zorg voor deze cliënten voer je uit samen met de huisarts en soms de verpleegkundig.
Tweede jaar
Het tweede jaar van de opleiding bestaat uit stages in medische specialisaties die nauw aan de onze verwant zijn, zoals epilepsie, revalidatie, genetica en psychiatrie. Je hebt veel vrijheid om zelf je stages te kiezen. Populaire stageplekken worden uiteraard verdeeld in afstemming met je collega-aios. Je leert hier om een stukje buiten je eigen vakgebied te kijken, om je kennis te verdiepen, maar vooral hoe je goed met andere specialisten kunt samenwerken.
Derde jaar
Tijdens het derde jaar van de opleiding werk je weer in de instelling, maar nu heb je de zorg over meer complexe cliënten. Ook poliklinisch en consultatief werken krijgt een plek. In het derde jaar word je ook uitgedaagd om je rol te pakken op het gebied van medisch leiderschap. Naast je werk in de praktijk staan op het programma ook een kwaliteitsverbetertraject, en een ‘proeve van bekwaamheid’ door als expert op te treden in een CCE consultatietraject.
Onderwijsdagen
Gewoonlijk bestaat het programma van een onderwijsdag uit verschillende onderdelen.
In de ochtend staan vooral de soft skills op het programma: oefenen van sociale en communicatieve vaardigheden (bijvoorbeeld consultvoering, super-en intervisie), maar ook wetenschappelijke vaardigheden, casuïstiek besprekingen en literatuurbesprekingen
In de middag komen vaker inhoudelijke onderwerpen aan bod, zoals: gedragsproblemen, etiologie en comorbiditeit, diagnostiek en behandeling van specifieke medische problemen, ethiek, kwaliteitszorg, medisch leiderschap, wetenschap en juridische onderwerpen.
Voor elke cursusdag bereid je je goed voor. Reken per week op zo’n 6-8 uur zelfstudie in totaal (dat kan wisselen). In overleg met de praktijkopleider kan soms een deel van deze voorbereidingstijd onder reguliere werktijd worden ingepland, maar dat lukt niet altijd.
Competentieprofiel
Gedurende de opleiding worden competenties ontwikkeld op het gebied van onder andere medisch handelen, communicatie, samenwerking, kennis en wetenschap, maar ook maar ook professionaliteit, maatschappelijke betrokkenheid en medisch leiderschap. Het competentieprofiel is opgesteld door de beroepsvereniging NVAVG en gebaseerd op de CAN Meds systematiek. Alle medische vervolgopleidngen hebben een dergelijk competentieprofiel als basis.
De meest recente versie van dit competentieprofiel vind je hier.